Laadpalen stekkers

 

De kabel die het laadstation met het voertuig verbindt, moet aan beide uiteinden de juiste stekker bevatten. 

 

AC of wisselstroom laden

 
  • Type 1 is een 1-fasige stekker en is standaard voor EV ’s uit Amerika en Azië. Hiermee kun je de auto opladen met een snelheid tot 7,4 kW, afhankelijk van het laadvermogen van je auto en het vermogen van het elektriciteitsnet.  
  • Type 2-stekkers zijn driefasige stekkers omdat ze drie extra draden hebben om de stroom te geleiden. Thuis is het hoogste laadvermogen 22 kW, terwijl openbare laadstations een laadvermogen tot 43 kW kunnen hebben. Dit is wederom afhankelijk van het laadvermogen van je auto en de capaciteit van het elektriciteitsnet.

  

 

DC of gelijkstroom laden

 
  • CHAdeMO: Dit snellaadsysteem is ontwikkeld in Japan en zorgt voor een zeer hoge laadcapaciteit en bi-directioneel laden. Het maakt opladen tot 100 kW mogelijk.
  • CCS: De CCS-stekker is een verbeterde versie van de type 2-stekker, met twee extra stroomcontacten voor snel opladen. Het  ondersteunt AC- en DC-laden. Het maakt laden met een snelheid van maximaal 350 kW mogelijk.
 

Mobiele thuisladers

 

Let op met mobiele thuisladers en aansluitingen op een huishoudelijk 230V stopcontact i.v.m. overbelasting. Een huishoudelijk stopcontact is niet ontworpen om langdurig een relatief grote stroom te leveren. Mobiele thuisladers zijn een interessante tussenoplossing maar voor langdurig gebruik raden wij ten stelligste een laadpaal aan. Veel, meestal goedkopere, thuisladers op de markt zijn overigens van bedenkelijke kwaliteit.  

 

Nog even de verschillende laadtechnieken vermelden:

 

-Mode 1 is laden via een gebruikelijk stopcontact (220V, max 10A) zonder begrenzing en zonder beveiliging. Voor het laden van EV’s wordt Mode 1 niet gebruikt.  

 

-Mode 2 is laden via een doorsnee, huishoudelijk stopcontact met aarding. De kabel verbindt een ‘dom’ stopcontact met een ‘slimme’ auto. Met een doorsnee, huishoudelijk stopcontact moet de laadstroom beperkt blijven tot 10A. Door die beperking tot 10A, bedraagt het maximaal laadvermogen 2,3 kW.   

 

-Mode 3 laden is ‘gecontroleerd’ laden, er vindt communicatie plaats tussen de auto en de lader en pas als er een geschikte laadstroom is bepaald door de auto en de laadpaal wordt er spanning op het stopcontact gezet. Om thuis met Mode 3 te laden heb je een aangepaste aansluiting nodig (laadpaal).  

 

-Bij Mode 4 wordt gelijkstroom DC of DCFC (Direct-current of Direct-current fast charging) geleverd, daarom wordt Mode 4 ook wel  DC-laden of snelladen genoemd. Zelden bij mensen thuis te vinden, eerder iets voor bedrijven en langs autosnelwegen, ook al vanwege de zeer hoge installatiekosten.